Stap 1: Stoel

De stoel – hoogte

  • Ga recht voor de stoel staan.
  • Stel de zitting zo in dat deze vlak onder je knieschijf zit.
  • Ga op de stoel zitten.
  • Controleer of je bovenbenen horizontaal staan en de hoek tussen de boven- en onderbenen 90 graden is.
  • Voel of je bovenbenen over de gehele lengte van de zitting worden ondersteund.

Stel je de zitting te hoog in? Dan knelt de voorrand van de stoel de bloedsomloop naar je onderbenen af. Hierdoor kun je slapende benen of koude voeten krijgen;
Stel je de zitting te laag in? Dan worden je bovenbenen niet volledig ondersteund. Hierdoor kun je de neiging krijgen onderuit te schuiven. Je zit dan met een te bolle rug, waardoor er klachten in je onderrug kunnen ontstaan.

©vhp-ergonomie

De stoel – diepte

  • Ga zo ver naar achteren zitten dat je onderrug tegen de rugleuning steunt.
  • Houd tussen de voorkant van de zitting en je knieholte een vuistbreedte vrij.
©vhp-ergonomie

De stoel – rugleuning

  • Stel de rugleuning zo in (naar voren of naar achteren) dat deze je rug ondersteunt en je rechtop zit.
  • De bolling van de rugleuning moet je lage rug op broekriemhoogte (bekkenrand) ondersteunen. Hierdoor voorkom je dat je met een bolle rug zit.

Stel je de rugleuning te hoog in? Dan hebben je schouderbladen geen bewegingsvrijheid. Ook wordt je lage rug dan niet goed ondersteund. Stel je de rugleuning te laag in? Dan drukt de rugleuning tegen je billen in plaats van tegen je bekkenrand. Hierdoor word je verder naar voren op de zitting gedrukt. Je bekken kan dan achterover kantelen. Zo ontstaat dan weer een bolle rug.

©vhp-ergonomie

De stoel – armsteunen

  • Om klachten te voorkomen is ondersteuning van je armen belangrijk. In de praktijk kan dat met een drietal houdingen:
    • sommige mensen steunen met hun onderarmen op hun bureaublad;
    • anderen zitten meer rechtop en gebruiken de armsteunen van de stoel;
    • weer anderen typen met de ellebogen vrij, maar leggen na het typen de armen op de armsteunen.
  • Kies de werkwijze die het beste bij je past en wissel nu en dan van houding. Dit kan alleen met in hoogte en bij voorkeur in breedte verstelbare armsteunen. Let erop dat de armsteunen zo kort zijn dat je de stoel goed kunt aanschuiven.
  • Ondersteun je je armen met de armsteunen van de stoel? Ontspan dan je schouders en houd je onderarmen horizontaal. Stel de armsteunen zo in dat je armen bij de boven beschreven houding steun ondervinden. Let op dat je je schouders niet omhoog trekt!
©vhp-ergonomie

Ga naar stap 2: Bureau