Alle vormen van ongewenst gedrag zijn onder te verdelen in twee kernpatronen:
- Het gedrag is reactief (of gebaseerd op frustratie): de oorzaak ligt in het verleden en vormt een reactie op iets wat iemand is overkomen of op een (ervaren) onvrede, onrecht of krenking;
- Het gedrag is proactief (of instrumenteel): de bedoeling is om met het gedrag iets te bereiken, in de vorm van het verkrijgen van voordelen (bijvoorbeeld macht over een andere persoon bij seksuele intimidatie, of financieel gewin bij zonder kaartje met de trein reizen), of het kunnen uitoefenen van invloed.
Weer anders zijn vormen van ongewenst gedrag waarbij drank of andere middelen in het spel zijn, of waar psychische afwijkingen een rol spelen. Dit gedrag is vaak onvoorspelbaar en moeilijk te beïnvloeden.
Hoewel de diverse vormen van ongewenst gedrag onderling flink verschillen, is er ook veel overlap. Zo kunnen personen die iemand onder druk zetten om iets voor elkaar te krijgen, hierbij overgaan van pesten op discriminatie. Kleur of afkomst kunnen immers ook dienen om iemand mee te pesten. Op dezelfde manier is een overgang mogelijk van pesten naar intimiderend of fysiek agressief gedrag.
Hoe vaak komt ongewenst gedrag voor?
Gevolgen van ongewenst gedrag
Op het werk leidt ongewenst gedrag tot persoonlijk leed, meer fouten en ongevallen en uitval van medewerkers. Medewerkers die gepest worden hebben vaak burn-out klachten (37%) en zijn driemaal vaker dan gemiddeld ziek (13% in plaats van 4%). Daarmee staat gepest worden op de derde plaats van meest belastende werkomstandigheden die tot verzuim leiden. Medewerkers die intern ongewenst gedrag (intimidatie, discriminatie, pesten) ervaren door collega’s of leidinggevenden zijn bovendien vaker betrokken bij een arbeidsongeval dan collega’s die dit niet ervaren (3,3% versus 1%).