Begeleiding tijdelijke inleenkrachten

Tijdelijke inleenkrachten worden ingezet voor het opvangen van piekdrukte, maar ook om de bezetting tijdelijk op het gewenste niveau te krijgen. Voor een effectieve inzet moeten ze goed worden ingewerkt, aangestuurd en begeleid. Leidinggevenden kunnen onnodige werkdruk voorkomen door goed te letten op de kwalificaties van inleenkrachten en zoveel mogelijk te werken met een vaste uitleenpartner en/of vaste inleenkrachten. Hierdoor hebben inleenkrachten minder intensieve begeleiding nodig. Verder is het van belang dat leidinggevenden zorgen voor goede inwerkprocedures, deskundige begeleiding en praktische informatievoorziening over gezond en veilig werken.

Waarom?

Goed begeleide inleenkrachten leveren beter werk, hoeven collega’s niet steeds vragen te stellen en zijn gemotiveerder. Hoe beter ingewerkt hoe groter de bijdrage aan het verminderen van de werkdruk. Inwerken, voorlichten en begeleiden van inleenkrachten kost tijd.

Wettelijke eisen

Inleners geven uitzendbureaus en andere uitlenende organisaties voldoende informatie over de werksituatie van de inleenkracht. De lener geeft deze informatie door aan de inleenkracht. Inleenkrachten krijgen verder voorlichting over de risico’s van de uit te voeren werkzaamheden. Voor inleenkrachten geldt net als voor vaste werknemers dat het werk veilig en gezond kan worden uitgevoerd.

Aanbevelingen

Een informatiepakket kan helpen om op een effectieve en efficiënte manier gekwalificeerde inleenkrachten in te huren. En ervoor te zorgen dat deze tijdelijke werknemers geen arborisico’s lopen. Zo’n pakket kan bestaan uit:

  • een checklist over het inhuren van uitzendkrachten;
  • een brief voor de uitlenende organisatie met een overzicht van taken en risico’s en afspraken over voorlichting en persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s);
  • een informatiebrief voor nieuwe inleenkrachten, met onder meer informatie over ongevallen, voorlichting, bedrijfshulpverlening (BHV).

Tips

Onderstaande tips kunnen helpen om effectief met uitzendwerk om te gaan.

Voor werknemers

  • Bespreek bij verwachte capaciteitsproblemen bij voorkeur vooraf in het team of er mogelijkheden zijn om inleenkrachten in te huren. Wacht niet tot het te laat is, dan is het extra lastig om deze medewerkers goed in te werken.
  • Zelf actief als inleenkracht met wisselende arbeidsomstandigheden? Check of het werk iedere dag veilig en prettig is. Werknemers kunnen bijvoorbeeld de flextest doen op www.veiligflexwerk.nl.

Voor leidinggevenden

  • Overweeg om zoveel mogelijk met een vaste uitlenende partner te werken. Dit voorkomt dat werknemers moeten werken met steeds wisselende inleenkrachten. Een andere mogelijkheid is om afspraken te maken over een vaste pool van inleenkrachten.
  • Werk binnen de uitlenende organisatie zoveel mogelijk met één vast aanspreekpunt.
  • Licht inleenkrachten voor over specifieke arborisico’s en de voorzorgmaatregelen die genomen zijn. Denk bijvoorbeeld aan voorlichting en instructie, informatie over BHV en specifieke veiligheidsvoorschriften. Maak bij specifieke werkzaamheden afspraken over voorlichting over bijvoorbeeld risico’s van langdurig telefoneren, baliewerk, beeldschermwerk, het gebruik van een auto en alleen werken. De stichting arboflexbranche heeft als hulpmiddel handige checklists ontwikkeld.

Voor or’en

Maak afspraken over de kwalificaties van inleenkrachten, het verminderen van arborisico’s en de mogelijkheden om bij capaciteitsproblemen inleenkrachten in te zetten.

Extra info

Zie ook de oplossing Begeleiding nieuwe werknemers.